Exodus 25:32 | En zes rieten zullen uit zijn zijden uitgaan; drie rieten des kandelaars uit zijn ene zijde, en drie rieten des kandelaars uit zijn andere zijde. |
Exodus 25:33 | In het ene riet zullen drie schaaltjes zijn, [gelijk] amandelnoten, een knoop en een bloem; en drie schaaltjes, [gelijk] amandelnoten in een ander riet, een knoop en een bloem; alzo zullen die zes rieten zijn, die uit den kandelaar gaan. |
Exodus 27:1 | Gij zult ook een altaar maken van sittimhout; vijf ellen zal de lengte zijn, en vijf ellen de breedte (vierkant zal dit altaar zijn), en drie ellen zijn hoogte. |
Exodus 27:14 | Alzo dat er vijftien ellen der behangselen op [deene] zijde zijn; hun pilaren drie, en hun voeten drie; |
Exodus 27:15 | En vijftien [ellen] der behangselen aan de andere zijde; hun pilaren drie, en hun voeten drie. |
Exodus 32:28 | En de zonen van Levi deden naar het woord van Mozes; en er vielen van het volk, op dien dag, omtrent drie duizend man. |
Exodus 34:23 | Al wat mannelijk is onder u zal driemaal in het jaar verschijnen voor het aangezicht des Heeren HEEREN, den God van Israël. |
Exodus 34:24 | Wanneer Ik de volken voor uw aangezicht uit de bezitting zal verdrijven, en uw landpalen verwijden, dan zal niemand uw land begeren, terwijl gij henen opgaan zult, om te verschijnen voor het aangezicht des HEEREN uws Gods, driemaal in het jaar. |
Exodus 37:18 | Zes rieten nu gingen uit zijn zijden; drie rieten des kandelaars uit zijn ene zijde, en drie rieten des kandelaars uit zijn andere zijde. |
Exodus 37:19 | In het ene riet waren drie schaaltjes, [gelijk] amandelnoten, een knoop en een bloem; en drie schaaltjes, [gelijk] amandelnoten in een ander riet, een knoop en een bloem; alzo waren die zes rieten, die uit den kandelaar gingen. |
Exodus 38:1 | Hij maakte ook het brandofferaltaar van sittimhout; vijf ellen was deszelfs lengte, en vijf ellen zijn breedte, vierkant, en drie ellen zijn hoogte. |
Exodus 38:14 | De behangselen aan deze zijde waren vijftien ellen, derzelver pilaren drie en hun voeten drie. |
Exodus 38:15 | En aan de andere zijde van de deur des voorhofs, van hier en van daar, waren behangselen van vijftien ellen; hun pilaren drie en derzelver voeten drie. |
Exodus 38:26 | Een beka voor elk hoofd, [datis] een halve sikkel, naar den sikkel des heiligdoms, van een ieder, die overging tot de getelden, van twintig jaren oud en daarboven, [namelijk] zeshonderd drie duizend, vijfhonderd en vijftig. |
Leviticus 12:4 | Daarna zal zij drie en dertig dagen blijven in het bloed harer reiniging; niets heiligs zal zij aanroeren, en tot het heiligdom zal zij niet komen, totdat de dagen harer reiniging vervuld zijn. |
Leviticus 14:10 | En op den achtsten dag zal hij twee volkomen lammeren, en een eenjarig volkomen schaap nemen, mitsgaders drie tienden meelbloem ten spijsoffer, met olie gemengd, en een log olie. |
Leviticus 19:23 | Als gij ook in dat land gekomen zult zijn, en alle geboomte ter spijze geplant zult hebben, zo zult gij de voorhuid daarvan, deszelfs vrucht, besnijden; drie jaren zal het u onbesneden zijn, daarvan zal niet gegeten worden. |
Leviticus 25:21 | Zo zal Ik Mijn zegen gebieden over u in het zesde jaar, dat het de inkomst voor drie jaren zal voortbrengen. |
Leviticus 27:6 | Maar is het van een, die een maand oud is, tot een, die vijf jaren oud is, zo zal uw schatting van een man zijn vijf sikkelen zilvers, en uw schatting over een vrouw zal zijn drie sikkelen zilvers. |
Numeri 1:23 | Hun getelden van den stam van Simeon waren negen en vijftig duizend en driehonderd. |