Mattheus 28:10 | Toen zeide Jezus tot haar: Vreest niet; gaat henen, boodschapt Mijn broederen, dat zij heengaan naar Galilea, en aldaar zullen zij Mij zien. |
Markus 5:36 | En Jezus, terstond gehoord hebbende het woord, dat er gesproken werd, zeide tot den overste der synagoge: Vrees niet; geloof alleenlijk. |
Markus 6:50 | Want zij zagen Hem allen, en werden ontroerd; en terstond sprak Hij met hen, en zeide tot hen: Zijt welgemoed, Ik ben het; vreest niet. |
Markus 12:36 | Want David zelf heeft door den Heiligen Geest gezegd: De Heere heeft gezegd tot mijn Heere: Zit aan Mijn rechter[hand], totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben tot een voetbank Uwer voeten. |
Markus 13:18 | Doch bidt, dat uw vlucht niet geschiede des winters. |
Markus 13:33 | Ziet toe, waakt en bidt; want gij weet niet, wanneer de tijd is. |
Markus 14:38 | Waakt en bidt, opdat gij niet in verzoeking komt; de geest [is] wel gewillig, maar het vlees is zwak. |
Lukas 1:13 | Maar de engel zeide tot hem: Vrees niet, Zacharias! want uw gebed is verhoord, en uw vrouw Elizabet zal u een zoon baren, en gij zult zijn naam heten Johannes. |
Lukas 1:30 | En de engel zeide tot haar: Vrees niet, Maria, want gij hebt genade bij God gevonden. |
Lukas 2:10 | En de engel zeide tot hen: Vreest niet, want, ziet, ik verkondig u grote blijdschap, die al den volke wezen zal; |
Lukas 5:10 | En desgelijks ook Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeus, die medegenoten van Simon waren. En Jezus zeide tot Simon: Vrees niet; van nu aan zult gij mensen vangen. |
Lukas 5:24 | Doch opdat gij moogt weten, dat de Zoon des mensen macht heeft op de aarde, de zonde te vergeven (zeide Hij tot den geraakte): Ik zeg u, sta op, en neem uw beddeken op, en ga heen naar uw huis. |
Lukas 6:28 | Zegent degenen, die u vervloeken, en bidt voor degenen, die u geweld doen. |
Lukas 6:36 | Weest dan barmhartig, gelijk ook uw Vader barmhartig is. |
Lukas 7:50 | Maar Hij zeide tot de vrouw: Uw geloof heeft u behouden; ga heen in vrede. |
Lukas 8:39 | Keer weder naar uw huis, en vertel, wat grote dingen u God gedaan heeft. En hij ging heen door de gehele stad, verkondigende, wat grote dingen Jezus hem gedaan had. |
Lukas 8:48 | En Hij zeide tot haar: Dochter, wees welgemoed, uw geloof heeft u behouden; ga heen in vrede. |
Lukas 8:50 | Maar Jezus, [dat] horende, antwoordde hem, zeggende: Vrees niet, geloof alleenlijk, en zij zal behouden worden. |
Lukas 9:4 | En in wat huis gij ook zult ingaan, blijft aldaar, en gaat van daar uit. |
Lukas 10:37 | En hij zeide: Die barmhartigheid aan hem gedaan heeft. Zo zeide dan Jezus tot hem: Ga heen, en doe gij desgelijks. |