Galaten 4:12 | Weest gij als ik, want ook ik ben als gij; broeders, ik bid u; gij hebt mij geen ongelijk gedaan. |
Efeziers 4:29 | Geen vuile rede ga uit uw mond, maar zo er enige goede [rede] is tot nuttige stichting, opdat zij genade geve dien, die dezelve horen. |
Efeziers 4:32 | Maar zijt jegens elkander goedertieren, barmhartig, vergevende elkander, gelijkerwijs ook God in Christus ulieden vergeven heeft. |
Efeziers 5:1 | Zijt dan navolgers Gods, als geliefde kinderen; |
Efeziers 5:7 | Zo zijt dan hun medegenoten niet. |
Efeziers 5:17 | Daarom zijt niet onverstandig, maar verstaat, welke de wil des Heeren zij. |
Filippenzen 1:27 | Alleenlijk wandelt waardiglijk het Evangelie van Christus, opdat, hetzij ik kom en u zie, hetzij ik afwezig ben, ik van uw zaken moge horen, dat gij staat in een geest, met een gemoed gezamenlijk strijdende door het geloof des Evangelies; |
Filippenzen 2:12 | Alzo dan, mijn geliefden, gelijk gij te allen tijd gehoorzaam geweest zijt, niet als in mijn tegenwoordigheid alleen, maar veelmeer nu in mijn afwezen, werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven; |
Filippenzen 2:29 | Ontvangt hem dan in den Heere, met alle blijdschap, en houdt dezulken in waarde. |
Filippenzen 3:17 | Weest mede mijn navolgers, broeders, en merkt op degenen, die alzo wandelen, gelijk gij ons tot een voorbeeld hebt. |
Filippenzen 4:8 | Voorts, broeders, al wat waarachtig is, al wat eerlijk is, al wat rechtvaardig is, al wat rein is, al wat liefelijk is, al wat wel luidt, zo er enige deugd is, en zo er enige lof is, bedenkt datzelve; |
Colossenzen 3:15 | En de vrede Gods heerse in uw harten, tot welken gij ook geroepen zijt in een lichaam; en weest dankbaar. |
Colossenzen 3:23 | En al wat gij doet, doet dat van harte als den Heere en niet den mensen, |
1 Thessalonicensen 5:14 | En wij bidden u, broeders, vermaant de ongeregelden, vertroost de kleinmoedigen, ondersteunt de zwakken, zijt lankmoedig jegens allen. |
1 Thessalonicensen 5:17 | Bidt zonder ophouden. |
1 Thessalonicensen 5:25 | Broeders, bidt voor ons. |
2 Thessalonicensen 3:1 | Voorts, broeders, bidt voor ons, opdat het Woord des Heeren [zijn] loop hebbe, en verheerlijkt worde, gelijk ook bij u; |
2 Thessalonicensen 3:15 | En houdt [hem] niet als een vijand, maar vermaant [hem] als een broeder. |
1 Timotheus 4:7 | Maar verwerp de ongoddelijke en oudwijfse fabelen; en oefen uzelven tot godzaligheid. |
1 Timotheus 4:12 | Niemand verachte uw jonkheid, maar zijt een voorbeeld der gelovigen in woord, in wandel, in liefde, in den geest, in geloof, in reinheid. |